vrijdag 21 november 2014

Images en back-ups (2)

Met PING kan een image van de C-schijf (ook 'systeemschijf' genoemd) worden gemaakt. In het vorige blog is beschreven hoe een opstartbare CD met PING kan worden gemaakt. Op 18 januari 2012 hebben we al een blog gepubliceerd over PING.
Een image van de systeemschijf is een één op één kopie. Deze bevat niet alleen alle bestanden die nodig zijn bij het opstarten, maar ook (even noodzakelijke) onzichtbare gegevens. PING werkt goed op een computer of laptop met één besturingssysteem. Bij dual-boot (als bij het starten kan worden gekozen tussen diverse systemen (Windows XP, Windows 7 of Linux, bijvoorbeeld) werkt het niet of niet goed.
In een image wordt de complete systeemschijf vastgelegd. Als er een ramp gebeurt met schijf of computer kan het image worden teruggeplaatst om de oude toestand te herstellen. Het is niet mogelijk om alleen een verloren bestand terug te zetten. Dat kan wel uit een data-back-up, dat in een komend blog aan de orde komt.
PING wordt gestart door de computer van de CD-speler (of USB-stick) te starten. Het programma is Engelstalig; op de meeste vragen kan met 'yes' worden geantwoord. Let op als gevraagd wordt of het image naar het netwerk of naar een externe harddisk moet worden gemaakt. Hier is het standaard-antwoord 'netwerk', dat dus meestal (met de pijltjestoetsen) moet worden aangepast naar disk.
Bij het kiezen van de onderdelen van het image gebruikt PING Linux-benamingen voor de partities (d.w.z. de onderdelen van een harddisk). De systeemschijf heet meestal sda1 - 'sd' geeft aan dat het een harddisk is, 'a' is de eerste (of enige) harddisk in de computer, '1' is de eerste partitie van deze schijf. Als de schijf is verdeeld in C en D ziet PING dit als sda1 en sda2. Als er twee harddisken zijn ingebouwd, ook weer C en D, wordt dat gezien als sda1 en sdb1. Deze sda2 of sdb1 kan meegenomen worden in het image, maar het hoeft niet. De externe disk (waar het image naartoe gaat) heet sdb1 (of sdc1 als er twee schijven in de computer zitten).

Bij nieuwere Windows-versies staan op de systeemschijf vaak enkele verborgen partities. Die moeten beslist meegenomen worden, want ze zijn nodig bij het starten. Er kan ook een herstelpartitie zijn met een reservekopie van Windows. PING toont ze als sda1, sda2, sda3, sda4 enzovoort. Neem ze allemaal op in het image. PING kan er niet tegen als zo'n reeks onderbroken wordt: als bijvoorbeeld sda2 wordt weggelaten, stort het bouwwerk in. PING biedt ook aan om partities kleiner of groter te maken: niet doen, daar zijn betere gereedschappen voor.
Naast PING bestaan andere programma's om images te maken. Zie https://www.schoonepc.nl/optim/backup.html
Wie geen installatieschijf van Windows heeft, doet er goed aan om een herstelschijf te maken. Zie http://windows.microsoft.com/nl-nl/windows7/create-a-system-repair-disc


Geen opmerkingen:

Een reactie posten